Friday, March 20, 2015

Gedicht van de maand maart 2015: ROTTERDAM

Ondanks een verblijf van 35 jaar in Fryslân blijft Rotterdam - ik ben er "geboore en getooge, nie waar" - me na aan het hart liggen.  Meer nog dan vroeger, meen ik te merken. Misschien omdat ik ouder word, maar zeker nu ik er door familie-omstandigheden weer vaker ben. 

Het gedicht Rotterdam van Jacques Bloem (1887 - 1966) geeft een impressie van de stad na het bombardement in mei 1940. De band van Bloem (geboren in Oudshoorn) met de stad moet ontstaan zijn in de jaren ver vóór dat bombardement. Van 1920 tot 1927 was hij er redacteur bij de Nieuwe Rotterdamsche Courant, tegenwoordig het NRC. Aan die baan (zoals aan elke baan) had hij een bloedhekel. Aan Rotterdam, ook jaren later, kennelijk niet.

Rotterdam

Hoe vreemd ligt deze stad nu open,
hoe is zij wonderlijk en licht;
de huizenloze straten loopen
van niets naar niets, toch niet ontwricht.

De hemel straalt als nooit tevoren
op waar der eeuwen trouw verdween,
de zomer heeft geen glans verloren,
de zon schijnt, zoals ze altijd scheen.

Men gaat, in innerlijke afzond'ring
herdenken, hoe het is geweest,
en vindt zichzelf tot zijn verwond'ring,
geschokt veel minder dan bedeesd.

Klaag niet. Steeds bloesemen de tuinen,
boven vergankelijkheid en wee;
en herder rust thans op de puinen
van Babylon en Ninivé.

Jacques Bloem

No comments:

Post a Comment