De ronde, besneeuwde top van de Mont Blanc |
In de watersport bestaat zoiets als een "leunstoelzeiler". Dat is een wat denigrerende typering voor iemand die zelf nauwelijks zeilt, maar er het meest van geniet door te lezen over mensen die op ruige en gevaarlijke zeeën aan verschrikkelijke ontberingen en ijzingwekkende gevaren blootstaan. Het liefst thuis bij een warme kachel, in een comfortabele stoel. Het is nu minder, maar ik kan zeggen dat ik lange tijd een echte liefhebber geweest ben.
Maar nu heb ik me een een tijdje geleden overgegeven aan een variant van het "leunstoelzeilen", het "leunstoelbergbeklimmen".
Zelf ben ik helemaal geen "bergbestijger", laat staan "-beklimmer", omdat de combinatie van pittig stijgen en ijle lucht voor mijn met medicijnen op peil gehouden asmatische longen een onmogelijke combinatie is. Het idee dat ik een poging zou ondernemen om de Mont Blanc (4808,73 meter hoog) te beklimmen is voor mij dus zo dwaas als een oceaan over willen zwemmen.
Jacques Balmat op een van zijn eenzame tochten |
Weer terug in de camper gaf ik mij over aan het heerlijke "leunstoelbergbeklimmen". Via een antiquariaat had ik de e-bookversie van het boek De groote verwildering van A. den Doolaard (vroeger een van mijn lievelingsschrijvers) kunnen kopen. In dat boek uit 1936 beschrijft Den Doolaard het leven van de man die er in 1786 als eerste in slaagde de top van de Mont Blanc te beklimmen, Jacques Balmat. Een prachtig verhaal vol onvoorstelbare ontberingen en gevaren. Maar vooral over een man die verslaafd was aan die ene berg, er in zijn leven alles aan opofferde en er uiteindelijk en onafwendbaar ook zijn dood vond.
Op die unieke plaats, lekker onderuitgezakt op de bank in de gerieflijke camper, met achter het raam het uitzicht op de imposante, ronde witte top van de Mont Blanc, klom ik dank zij Den Doolaard met Jacques Balmat mee naar boven en was ik even niet een kortademige, ouder wordende man. Ik had er vrede mee.
No comments:
Post a Comment